Scheiden doet lijden
Ik weet het, ik treed in herhaling. Wijt dat maar aan de leeftijd. 
            Maar vanaf deze plaats wil ik nog maar eens zeggen dat het leven knap 
            ingewikkeld is geworden.
            Werd vroeger gewoon het vuilnis opgehaald, tegenwoordig moeten we 
            zelf ons afval scheiden. We hebben een container voor huisafval, één 
            voor groenafval en één voor papier.
            Voorts komt er regelmatig een bus langs voor ons chemisch afval en 
            worden we geacht om het glaswerk naar de glasbak te transporteren 
            alwaar we het opnieuw op kleur moeten scheiden.
            Voor het grotere afval dienen we ons weer bij een andere instantie 
            te vervoegen.
            
            Nu is dat gesjouw met die containers een ware crime, zodat veel mensen 
            de containers maar in de voortuin hebben gestationeerd. Heel begrijpelijk, 
            maar de aanblik van de straten gaat er niet op vooruit.
            
            Geleidelijk aan is dat scheiden van ons afval begonnen en als ik me 
            goed herinner is het de schuld van dat gat in de ozonlaag. Sinds dat 
            gat leeft niemand meer onbekommerd, want dat gat is verantwoordelijk 
            voor tal van ellendigheden.
            
            Nu ben ik persoonlijk geneigd dergelijke ellende naar de achtergrond 
            te duwen, maar af en toe wordt ons in de media de zaak weer eens kleurrijk 
            uit de doeken gedaan. Nee, onbekommerd leven is er niet meer bij sinds 
            dat gat.
Maar waren er ooit zorgeloze tijden? Want we vinden het tegenwoordig 
            heel gewoon een toilet met afvoer en riolering te hebben, dat was 
            vroeger wel even anders. Er zat dan wel geen gat in de ozonlaag, maar 
            er stierven heel wat mensen aan de cholera door het gebrek aan riolering.
            Zelf heb ik nog meegemaakt dat we met vakantie gingen in een huisje 
            bij een boer alwaar het toilet bestond uit een houten huisje boven 
            de sloot. Als kind vond je dat reuze spannend. Maar hygiënisch 
            was anders. Dat was in de tijd dat er nog geen mobieltjes waren, er 
            anderhalve auto over de weg reed, er nog geen televisie was en we 
            ons nog onledig hielden met een onschuldig spelletje Pim-pam-pet.
            
            Nu komt er via radio, televisie, krant en internet zoveel onze ziel 
            binnen, dat we er naarstig aan toe zijn om geestelijk afval te gaan 
            scheiden.
            Een container voor alle vloeken en grof taalgebruik, een container 
            voor alle overbodige sexinformatie, een container voor geweld en één 
            voor alles waar je ziek van wordt.
            
            O nee, dit afval geeft geen gat in de ozonlaag. Maar het geeft wel 
            ergens van binnen een leegte die zich niet gemakkelijk laat vullen. 
            Daarom neem ik op zondagmorgen al die containers mee naar de kerk 
            en bij de gezamenlijke biecht mag ik ze allemaal inleveren.
            Mooi toch?!
Cobi Fontijn
          
