juni 2005


Lid worden van de Gereformeerde Bond ?

Ja het kan, nu ook voor degenen die ‘voor­heen tot de Gereformeerde Kerken in Nederland of tot de Evangelisch-Lutherse Kerk behoorden.’
Dat lees ik in Woord & Dienst van 11 juni 2005.
Maar dat gaat niet zomaar. ‘Voorwaarde is wel dat ze de gereformeerde belijdenisgeschriften onderschrijven.’
Het is opgetekend uit de mond van een bestuurslid.
De jaarvergadering van de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk koos de nieuwe naam: Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland.

Ik kan me niet voorstellen dat ook maar één lutheraan in ons land het lidmaatschap zal aanvragen. Waarom schrijf ik er dan over?
U moet weten dat geruime tijd voor de tot stand koming van de kerkfusie de Gereformeerde Bond tegen deze fusie was. Later verklaarde het bestuur zich toch voor, maar tienduizenden leden distantieerden zich daarvan. Toen de fusie een feit was, werd de Hersteld Hervormde Kerk gesticht. Het aantal meelevenden en sympathisanten benadert de 100.000. *)

Waar het mij om gaat is dit: ik schrik van de bittere kritiek afkomstig uit de Hersteld Hervormde Kerk én van de Gereformeerde Bonders die in de pkn lid zijn. Kritiek die slaat op onze Lutherse Kerk:

‘Hoe kan toch de Hervormde Synode omwille van enkele duizenden meelevende lutheranen vele tien­duizenden trouwe, hervormde kerkgangers van zich vervreemden?’

Ik kan me deze pijn voorstellen. Enkele Hersteld Hervormde predikanten zijn jaargenoten van mij geweest tijdens de theologiestudie. Het zijn de gemakkelijksten niet in de discussie. Streng in de leer, scherp jegens andersdenkenden. Toch is voor hen en hun gemeenteleden altijd plaats geweest in de Hervormde Kerk.

De Hervormde Synode ging herenigingsbesprekingen houden met de Gereformeerde Kerken – waar op vele plaatsen het gereformeerde belijden ingeruild is voor experimenteel geloven en dito liturgievieren. Daarna kwamen de lutheranen er bij, in de ogen van de ‘Bonders’ halve roomsen waar alles mag.

Elders ben ik ingegaan op de kritiek van Gereformeerde Bonders. Nu wil ik u duidelijk maken, dat het inderdaad een vreemde zaak is: de Hervormde Synode heeft het welslagen van de pkn altijd voorop gesteld en de eigen streng-orthodoxe zusters en broeders weinig speelruimte gelaten.
De breuk is een feit geworden. De contacten lopen nu vaak via de rechter. Inzet: kerkgebouw, pastorie en banktegoeden.

Moeten de lutherse gemeenteleden het zich aantrekken? Ik denk het niet.
In 1984 al hield onze Synode een peiling.
De uitkomst van de ‘peiling’ kwam de fusie­voorstanders slecht uit. Een meerderheid van de lutheranen sprak zich uit tegen een opgaan in de andere protestantse kerken. Die meerderheid werd wel kleiner, maar het aantal voorstanders werd niet enthousiaster: ‘We moeten wel meegaan in de fusie,’ – dat vind ik geen argument dat mij inspireert. Ook ervaar ik het als een: ‘Wij weten wel wat goed voor de lutheranen is.’

Inmiddels komt de pkn-organisatie meer dan een miljoen euro tekort. Dat had veel minder kunnen zijn, maar de gaven afkomstig van Gereformeerde Bonders zijn beduidend teruggelopen. Voeg daarbij de negatieve nieuwsberichten over het hoge salaris van de bureaumanager. De gemeenteleden weten het en handelen er blijkbaar naar... .

W. Baan

*) dit artikel is opgenomen in het nieuwe ontwerp van deze website, in 2008. Halverwege dit jaar was de Hersteld Hervormde Kerk plm. 55.000 leden groot.