GELOVEN IN EEN GOD DIE NIET BESTAAT
Aarzelend stond ik bij de kassa, in de hand het boek met bovenstaande titel. Ik moest denken aan één van mijn hoogleraren. Dr. Van Unnik sprak ons, eerstejaars studenten, vaderlijk toe: ‘Koop geen eendagsvliegen, maar iets waar je in je hele studietijd wat aan hebt.’
Toch: een boek dat al in een zesde druk verschijnt, is geen eendagsvlieg. Wel hoort het bij de boeken die waarschijnlijk snel vergeten worden. Maar Klaas Hendrikse, vrijzinnig predikant te Middelburg en Zierikzee, hoopte dat rond zijn boek een rel zou ontstaan. ‘Dat is goed voor de verkoopcijfers,’ aldus Hendrikse.
Ik begon met scepsis te lezen. Nu ik het uitgelezen heb, denk ik er toch
anders over.
Klaas Hendrikse is eerlijk en helder in zijn doelstelling: ‘Ik wil
de twijfelende zoeker helpen die worstelt met versleten godsbeelden. Je
hoeft niet te geloven dat God bestaat om in God te kunnen geloven.’
Hij noemt zichzelf een atheïst maar geeft wel ‘de atheïsten’
er van langs. Hij verwijt hen, te zijn stil gestaan bij een statische
en verouderde godsvoorstelling. De atheïst beperkt zich tot kritiseren
en onderschat de gelovige van de 21ste eeuw.
Naar zijn eigen inschatting is Hendrikse zelf een échte en goede
atheïst. Dat is verenigbaar met geloven. Geloven niet in een bestaan
van God, maar in God zelf.
Het is duidelijk dat Hendrikse traditioneel gelovende kerkgangers niets te zeggen heeft. Jammer eigenlijk, want zijn uitgangspunt hoeft echt niet in strijd te zijn met wat in de klassieke wetenschappelijke theologie geleerd wordt. Thomas van Aquino (1225-1274) zegt in zijn Summa Theologica, een standaardwerk voor de Rooms-katholieke systematische theologie: ‘Deus non est in aliquo genere.’ Vrij vertaald: je kunt God nergens bij indelen en geen enkele bestaansvorm is van toepassing op Hem.
In de kerkelijke bladen en ingezonden brieven is Klaas Hendrikse veroordeeld, verketterd en voorgedragen voor afzetting. Het was te verwachten want veel mensen gaan af op horen zeggen. Zelfs kerkleiders lieten zich negatief uit voordat zij het boek gelezen hadden.
Natuurlijk mis ik heel veel in dit boek: de Christusprediking, de waarde
van de Liturgie en de kerkelijke geloofsbelijdenissen... . Om in God te
geloven is Jezus niet persé nodig, vindt Hendrikse.
Aan de andere kant zie ik dat Hendrikse de pastorale inzet van zijn boek
waarmaakt. Hij richt zich op de moderne, kritische en onafhankelijke gelovige:
‘Het geloof dat 'ons meegegeven' is moet plaatsmaken voor ons eigen
geloven.’
Geloven is vertrouwen, en dat heeft alles te maken met zich toevertrouwen
en kwetsbaar durven zijn, zegt Hendrikse.
‘Bijbels theologisch is negatieve theologie verkieslijk: alleen
zeggen wat God niet is. Hoe meer je weet wat God niet is, des te meer
weet heb je van God. Pas als je accepteert dat je in wezen machteloos
staat – bv. aan een sterfbed – kun je wellicht iets betekenen.’
W. Baan december 2007