Preken over teksten uit de klassieke lutherse pericopen
hiernaast kunt u een periode kiezen
De preken op deze website zijn gerangschikt volgens de klassieke lutherse indeling van het kerkelijk jaar. Klik in de lijst hiernaast en gebruik het kleine schuifbalkje om een tijdvak te kiezen.
Hieronder volgt een recent gehouden preek
De verkondiging
op de Vijftiende Zondag na Trinitatis 2022
In zijn Bergrede zegt Jezus: ‘Weest niet bezorgd...’
Maar wat móeten we toch met die woorden, en dat in deze tijd.
We maken nogal wat mee. Ons land gaat van de ene crisis naar de andere
crisis.
De coronacrisis, de stikstofcrisis, de asielzoekerscrisis en nu de energiecrisis.
En er is de oorlog in Oekraïne – een bedreiging voor de wereldvrede.
Op wereldschaal is ook nog de klimaatcrisis.
Nu zitten we hier en horen Jezus’ woorden: Weest niet bezorgd.
Was Jezus dan een zonderling, een wereldvreemde rabbi? Iemand die geen
rekening hield met politieke problemen en ook niet met de schade die mensen
deze wereld toebrengen?
Jezus wijst op de lelies en de vogels, dat wat wij het natuurleven noemen.
Ook de kleding, in zijn tijd bestond die uit natuurproducten.
Recht tegen alle zorgen die wij hebben over de natuur en haar producten,
zegt Jezus: ‘Zoekt eerst het Rijk Gods.’
Gods koningsregering.
Het Rijk Gods, dat is: hoe God koninklijk regeert.
Toch is het wel begrijpelijk dat wij wél eerst met de natuur rekening
houden.
Bloemen en vogels, en al wat er groeit waarvan onze kleding wordt gemaakt,
het is allemaal even belangrijk voor ons. Wij weten nu hoe kwetsbaar het
evenwicht in de natuur is.
Ik vroeg een buurtgenoot welk dier het belangrijkste voor ons mensen is.
Hij meende dat de hond onze trouwste vriend was.
Hij was nogal verrast toen ik de bij noemde. De bij, zo belangrijk voor
de bevruchting van planten die onmisbaar voor ons zijn.
Eigenlijk pleit er meer voor, de talloze bacteriën in de natuur te noemen.
Zonder deze microscopisch kleine wezens kan er geen natuurlijk leven bestaan.
Jezus had geen weet van bacteriën – ‘t idee dat hij alles wist, is, naar
mijn mening, volstrekt ongeloofwaardig.
Hij spreekt over de zichtbare natuur: vogels en planten. Daarover zegt
hij tot zijn leerlingen: jullie gaan daar verkeerd mee om. Jullie zien
eerst wat je voor ogen hebt. Vervolgens kijken jullie naar jezelf en worden
angstig, bezorgd.
In deze tijd zouden wij zeggen: krijgen wij wel voldoende gas en elektriciteit?
Gas en elektriciteit zijn ook producten die uit de natuur voortkomen.
Dan is er ook een andere soort bezorgdheid: er worden veel volop kolen
gestookt in de elektriciteitscentrales. Hoe slecht is dat niet voor de
natuur... .
We kunnen het allemaal constateren en meten. Want we hebben het voor ogen,
het is zichtbaar.
Alles in de natuur is zichtbaar, jawel, maar de aanwezigheid van de Heere-God
is niet zichtbaar.
In dat verband een heel kort taallesje: het woord natuur komt van een
Latijnse werkwoord met als voltooid deelwoord ‘natus': dat wat
is ontstaan door verwekking of zaaiing, wat afsterft en weer opgroeit.
Een kringloop van dood en leven, dat is de natuur. Dit is geen bijbelse
taal, niet de overtuiging die wij van het bijbelse Israël hebben ontvangen.
De God van Israël zit niet in de natuur. Hij is de Schepper. Niet de natuur
maar de schepping moet hier worden genoemd, geloofd, beleden.
Ja, een overtuiging is het, om op te vertrouwen, dat is de schepping,
en niet de natuur.
Is het dan niet hetzelfde?
Haal het niet door elkaar, want je kunt daardoor een dramatische verwarring
krijgen.
Een voorbeeld, dat vele Zeeuwen zal aanspreken.
In 1953 was er die rampzalige overstroming van een deel van Zeeland. Strenggelovige
dominees riepen vanaf de preekstoel dat dit Gods oordeel was.
Wat er in die kerken gebeurde, was het door elkaar halen van natuur en
schepping. Een natuurverschijnsel wordt gebaseerd op een daad van God.
De strengorthodoxe predikers halen ter verdediging dikwijls psalmteksten
aan. Inderdaad hoor je daarin dat God bliksem en donder uit de hemel neerslaat,
stormwinden en stormvloeden opzweept, de aardbodem laat beven, en zo meer.
Helaas wordt bij de strenge dominees basiskennis gemist, kennis van de
oosterse oudheid en van het Joodse synagogale bijbelgebruik.
Er zijn zeer vele psalmteksten die bijna of soms geheel letterlijk staan
in andere godsdienstige boeken, van de oude oosterse godsdiensten. Die
gaan over de goden in de natuur.
En dan de Joodse synagoge. Zij hecht aan de psalmen minder leerstellige
waarde dan aan de Torah en de Profeten.
Psalmen zijn ten dienste van de Liturgie en gaan meestal over spiritualiteit,
geestelijke beleving, heel subjectief dus.
Veel later dan menige psalm werd het eerste bijbelhoofdstuk geschreven,
Genesis 1 (zesde eeuw v.Chr.). Het begin van de Torah, dus zeer gezaghebbend.
Daar gaat het niet over de natuur, maar over de schepping.
Maar wat is schepping? Hoor wat het eerste bijbelhoofdstuk zegt over het
water en het droge land:
God maakte scheiding tussen het water in de hemel en dat op de aarde.
Al het water op aarde moet samenvloeien en het droge moet gezien worden.
In dat eerste bijbelhoofdstuk is wat anders aan de orde dan een natuurbeschrijving.
Schepping is het.
Vele Zeeuwen hebben in 1953 hun droge grond zien verdwijnen. Nu ook staat
half Pakistan onder water en moeten de inwoners van Bangladesh vaak vluchten
voor die reusachtige rivier die regelmatig buiten zijn oevers treedt.
Dat is de natuur.
Maar in het eerste scheppingsverhaal gaat het om Gods bedoeling met het
water en het droge land.
Het mag ten dienste staan van alles wat leeft; en dat alles bij elkaar
maakt de aarde leefbaar voor ons.
Daarover gaat zijn Rijk, dat wil zeggen, zijn koningsregering.
Zegt u: nou, daar zie ik niks van terug, in Pakistan en in andere onfortuinlijke
landen – ?
Begrijpelijk, want vaak krijgen wij nog met die grillige, vijandige natuur
te maken. Hoe houden wij het vol, hoe blijven wij vertrouwen dat de Heere-God
Schepper is?
Het is om die reden dat wij hier luisteren, de oude, gewijde geschriften
van Israël en Kerk horen.
De apostel Paulus schrijft: ‘Al wat te voren geschreven is, dat is tot
onze lering geschreven, opdat wij, door volharding en vertroosting der
Schriften, hoop hebben zouden.' Rom. 15:4 . God regeert als Koning, maar
de verwerkelijking van dat koningschap wordt ons als belofte gepredikt.
De prediking komt op uit de oude geschriften van Israël en Kerk.
De woorden uit de evangelielezing van deze zondag mogen telkens weer gehoord
worden. De kleding, de vogels, het gras en de bloemen. Ook die worden
ons als een belofte en een vertroosting voorgehouden.
Om nog op het half overstroomde Pakistan terug te komen: daar zijn veel
prachtige bloemen verloren gegaan, en gras onder het water verdwenen.
Vogels zijn weggevlogen en veel kleding is weggespoeld. Maar dat alles
kan terugkomen. De inwoners vergeten ze niet en houden vol, ze zullen
hard werken om alles terug te krijgen. Dat is schepping tegen de wrede
natuur in. Dat ze voor het mrerendeel Moslim zijn, doet daar niets van
af.
Bloemen, vogels, gras en kleding, ze zijn in Jezus' onderwijs verwijzingen:
beloften die ons wijzen op een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.
Kijk eerst eens naar dat gras: na een week droogte regent het en dan komt
in rap tempo het gras de grond uit, en het ziet er zo heerlijk fris uit.
En dan de kleding. Helaas, ouderen onder ons, we zijn niet op ons knapst
wanneer we bloot zijn. Maar, met mooie en goedzittende kleren aan, komen
we netjes en presentabel voor den dag.
Vogels en bloemen, wat kunnen ze stralen in hun kleuren en vormen.
Ook kunnen zij ons optillen uit een persoonlijke crisis.
In enkele jaren vóór en na dat ik emeritus werd, heb in de geestelijke
gezondheidszorg eerste lijnszorg verleend.
Gelukkig kreeg ik ook wel eens telefoon van iemand die over een verbétering
wilde vertellen. Een dame die uit een diepe depressie was gekomen, dankzij
een zangvogel, ‘s ochtends in alle vroegte.
Zou het daarom zijn dat Jezus in zijn beeldende taal het frisse gras,
de bloemen en de vogels noemt?
De natuur, die kan wreed zijn maar ook ontroerend schoon. Jezus selecteert
en hij is positief, positief in de verwijzingen, de beelden die hij kiest.
Het is allemaal een verwijzing naar - , en een belofte van Gods Koningschap,
zijn regering die zich zal ontplooien.
Zo wordt Gods schepping voltooid.
Zijn doel bereikt: dat alle dingen nieuw worden.
Gods schepping bezingen wij met lied 981
ELG Zierikzee, 25 september 2022